Studentenkamers Paramaribo N.V.

Algemene bepalingen huurovereenkomst onzelfstandige woonruimte

Artikel 1 Levering en aanvaarding

1. Verhuurder zal op de daartoe overeengekomen datum het gehuurde in goede staat van onderhoud en zonder gebreken aan huurder ter beschikking stellen.

2. Verhuurder zal samen met huurder het gehuurde inspecteren en in een gezamenlijk te ondertekenen opnamestaat vastleggen, de staat van het gehuurde en de eventueel daartoe behorende inventaris.

Artikel 2 Huurprijs en bijkomende kosten

1. De huurprijs kan worden gewijzigd, overeenkomstig de wettelijke regels die daarvoor gelden.

2. De voor bijkomende leveringen en diensten verschuldigde bedragen kunnen door verhuurder op grond van redelijke calculatie worden gewijzigd, met dien verstande dat de als verrekenbaar voorschot verschuldigde bedragen slechts kunnen worden verhoogd met ingang van de maand volgende op de maand waarin: – een overeengekomen uitbreiding van de bijkomende leveringen en diensten heeft plaatsgevonden; – het laatste overzicht als bedoeld in het vierde lid aan huurder is verstrekt.

3. Verhuurder kan over de in dit artikel bedoelde kosten het wettelijk toegestane percentage aan administratiekosten in rekening brengen.

4. De huur wordt middels de volgende formule berekend einddatum minus startdatum. Een maand is gelijk aan 30 dagen.

5. Verhuurder verstrekt huurder elk jaar (of aan het einde van een huurperiode) een rubrieksgewijs overzicht van de aan verhuurder in rekening gebrachte kosten van de leveringen en diensten met vermelding van de wijze van berekening daarvan en voor zover van toepassing, het aandeel van huurder in die kosten, als bedoeld in dit artikel en conform de overeengekomen verdeelsleutel, binnen zes maanden na het verstrijken van dat kalenderjaar. Indien de verhuurder kosten in rekening worden gebracht, die niet een kalenderjaar betreffen, maar een andere periode van 12 maanden die een boekjaar vormt en welk boekjaar in het verstreken kalenderjaar eindigt, neemt de verhuurder de kosten over die andere periode in het hiervoor bedoelde overzicht op. Bij beëindiging van de huur heeft het overzicht betrekking op het tijdvak van het kalenderjaar, dat op het tijdstip van de beëindiging reeds is verstreken.

Verschillen tussen de werkelijk gemaakte kosten en de door huurder als voorschot betaalde bedragen zullen binnen een maand worden verrekend, dan wel worden afgerekend.

6. Indien huurder binnen een maand na het verstrekken van het overzicht een verzoek indient bij verhuurder tot inzage van de aan het overzicht ten grondslag liggende boeken en andere zakelijke bescheiden of van afschriften daarvan, zal verhuurder hem/ haar hier inzage in bieden.

7. Huurder is gebonden aan een inkrimping of uitbreiding van de door verhuurder te verzorgen leveringen en diensten en het daarbij behorende gewijzigde voorschotbedrag, indien die wijziging betrekking heeft op leveringen en diensten die slechts aan een aantal huurders gezamenlijk geleverd kunnen worden en tenminste 70% van die huurders daarmee heeft ingestemd. Een huurder die niet met de wijziging heeft ingestemd, kan binnen acht weken na de schriftelijke kennisgeving van de verhuurder dat overeenstemming is bereikt met tenminste 70% van de huurders, een beslissing van de rechter vorderen omtrent de redelijkheid van het voorstel.

8. Ingeval tot de leveringen en diensten de levering van gas, elektriciteit, warmte en/of (warm) water behoort kan verhuurder conform artikel 2 lid 10 de wijze van bepalen van het verbruik en het daaraan gekoppelde aandeel van huurder in de kosten van het verbruik aanpassen.

9. Alle in het gehuurde aanwezige goederen, waarvoor in de huurovereenkomst geen vergoeding is overeengekomen, worden verondersteld ‘om niet ter beschikking’ te zijn gesteld.

10. Het verbruik van energie is op basis van fair use, het gebruik wordt per dag gemeten. Het gemiddeld verbruik wordt gemeten aan de hand van de aankomstdatum en vertrekdatum van desbetreffende huurder. De gemiddelden per periode per huurder zullen leiden tot een gemiddeld verbruik. Indien dit verbruik boven de 3kwh per gebruiker stijgt, wordt er € 2,- per kwh in rekening gebracht (inclusief administratiekosten).

11. De servicekosten bedragen € 16,- per maand, met een minimum van € 16,-. De volgende diensten vallen onder de servicekosten: Schoonmaak-, internet- en beheerkosten en gebruik van de wasmachine of externe beheerkosten.

12. Indien van toepassing zijn reparatie en onderhoud van de fiets zijn voor rekening van de huurder. Bij diefstal van de fiets wordt € 150,- in rekening gebracht. Reparatie mag met toestemming van Studentenkamers Paramaribo uitgevoerd worden door derden.

Artikel 3 Gemeenschappelijke ruimten

Het recht van gebruik van gemeenschappelijke ruimten en de eventueel daarin aanwezige inventaris, komt toe aan de huurder en aan de huurders van de overige kamers in het pand. Alle huurders oefenen dit recht gelijktijdig en met eerbiediging van elkaars recht uit.

Artikel 4 Verplichtingen verhuurder

1. De verhuurder zal alle zichtbare en onzichtbare gebreken opheffen, tenzij het gebreken betreft aan door huurder aangebrachte veranderingen, dan wel toevoegingen. De verhuurder zal gedurende de huurtijd al het noodzakelijke onderhoud plegen, tenzij dit onderhoud op grond van deze algemene bepalingen of de wet ten laste komt van de huurder. De verhuurder is aansprakelijk voor de schade die de gebreken veroorzaken, met uitzondering van schade veroorzaakt door een gebrek aan een zelf aangebrachte verandering door de huurder, of door gebruik van verlengsnoeren, adapters welke niet aan de Europese standaarden van het Kema keurmerk voldoen of eventuele schade door onderbrekingen in het stroomnetwerk, internet, gas of waternet zijn niet voor rekening van verhuurder.

Artikel 5 Verplichtingen huurder

1. Huurder zal het gehuurde als een goed huurder en overeenkomstig de daaraan gegeven bestemming van woonruimte gebruiken.

2. Huurder zal het gehuurde gedurende de huurtijd zelf bewonen en er zijn/haar hoofdverblijf hebben.

3. Huurder zal zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van verhuurder het gehuurde niet onderverhuren of in gebruik geven aan derden. Bij het niet naleven van deze bepaling zal een bedrag van € 25,- per overnachting per persoon in mindering
worden gebracht op de borg.

4. Onder andere de volgende onderhouds- en reparatiewerkzaamheden binnen het gedeelte dat voor privé gebruik bestemd is, komen voor rekening van de huurder, tenzij het onderhoud noodzakelijk is ten gevolge van normale slijtage of het handelen of
nalaten van de verhuurder:

al het wit-/saus-/behang- en schilderwerk binnen; het vervangen van gebroken of beschadigde ruiten voorzover hier geen noemenswaardige kosten aan verbonden zijn; het schoonmaken en ontstoppen van stortkokers, wastafel/toilet/gootsteen- en doucheafvoeren; het herstellen en vernieuwen van schakelaars, stopcontacten, bellen, lichtarmaturen, gloeilampen, tl-buizen e.d.; het onderhoud van tuin- en erfafscheiding; het onderhoud en herstellen van de eventueel tot het gehuurde behorende inventaris; het schoonhouden van de gemeenschappelijke en algemene ruimten.

5. Bovenstaande onderhouds- en reparatiewerkzaamheden en andere, welke staan opgesomd in het bijgevoegde Besluit Kleine Herstellingen en voor rekening van huurder komen, kunnen eventueel geheel of gedeeltelijk door verhuurder worden verricht en verrekend met de overige servicekosten waarvoor in de huurovereenkomst een voorschot voor is opgenomen. De huurder dient, indien hij gebreken aan het gehuurde ontdekt of wordt gestoord in zijn woongenot, onverwijld melding te doen aan de verhuurder. Bij gebreke hiervan wordt hij schadeplichtig ten opzichte van de verhuurder.

6. Huurder zal op verzoek en na afspraak verhuurder of zijn/haar gemachtigde in de gelegenheid stellen het gehuurde te bezichtigen, te inspecteren en maatregelen tot herstel, dan wel ter voorkoming van schade aan het pand te nemen.

7. Huurder zal alle noodzakelijke onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan het gehuurde gedogen.

Onvoorziene omstandigheden voorbehouden, zullen deze bezoeken – respectievelijk werkzaamheden – slechts plaatsvinden na afspraak en op werkdagen tussen 08.00 uur en 18.00 uur.

8. Alle schade aan het gehuurde wordt vermoed door huurder te zijn veroorzaakt, met uitzondering van brandschade en schade aan de buitenzijde. Tevens is huurder aansprakelijk voor gedragingen van personen die met goedvinden van huurder het gehuurde gebruiken.

Artikel 6 Verandering van de inrichting of de gedaante door huurder

1. Huurder zal verhuurder te allen tijde tijdig tevoren schriftelijk informeren over elke verandering van of toevoeging aan de inrichting of de gedaante die huurder in, aan of op het gehuurde wenst aan te (laten)brengen of te hebben. Onder veranderingen wordt mede verstaan het aanbrengen van gaten in vloeren, plafonds of gevels, ook als het gaat om eenvoudige schroef of spijkergaten van geringe afmetingen.

2. Het is huurder niet toegestaan om zonder voorafgaande schriftelijk toestemming van verhuurder de inrichting of de gedaante van het gehuurde geheel of gedeeltelijk te veranderen of daaraan iets toe te voegen. Veranderingen of toevoegingen die huurder zonder voorafgaande toestemming van de verhuurder heeft aangebracht, zullen bij het einde van de huurovereenkomst door huurder ongedaan worden gemaakt. Eventuele kosten voor herstel worden ten laste van de huurder gebracht.

3. Tenzij partijen schriftelijk anders overeenkomen, verleent verhuurder geen toestemming voor veranderingen en toevoegingen die huurder wenst aan te brengen indien: -daardoor de verhuurbaarheid van het gehuurde wordt geschaad; -de wijziging leidt tot een waardedaling van het gehuurde; -deze niet noodzakelijk zijn voor een doelmatig gebruik van het gehuurde; -deze het woongenot niet verhogen; -wanneer zwaarwichtige bezwaren van verhuurder zich overigens tegen het aanbrengen daarvan verzetten.

4. Er is in ieder geval sprake van zwaarwichtige bezwaren van verhuurder, indien de veranderingen of toevoegingen: -niet voldoen aan de terzake geldende overheidsvoorschriften en/of voorschriften van nutsbedrijven of wanneer de eventueel daarvoor benodigde vergunningen niet zijn verkregen;

-van onvoldoende technische kwaliteit zijn; -de verhuurbaarheid van het gehuurde en/of naastliggende woningen aantasten; -een goed woningbeheer bemoeilijken; -overlast en/of hinder aan derden veroorzaken of kunnen veroorzaken; -leiden tot het niet meer kunnen toewijzen van de woning aan woningzoekenden uit de primaire doelgroep van verhuurder; -redelijkerwijze schadelijk zijn of kunnen zijn voor het gehuurde of het gebouw waarvan het gehuurde deel uitmaakt; -de aard van het gehuurde wijzigen; -in strijd zijn met de voorwaarden waaronder de eigenaar van het gehuurde de eigendom van het gehuurde heeft verworven.

5. Verhuurder is bevoegd aan zijn toestemming voorschriften voor de huurder te verbinden of daarbij een last op te leggen, met name met betrekking tot de door hem te gebruiken materialen en de kwaliteit daarvan, de toe te passen constructies en de te volgen werkwijzen, in het bijzonder met het of op de mogelijkheid van en de gevolgen voor toekomstig onderhoud en veiligheid. Verhuurder kan aan een te verlenen toestemming voorts voorschriften verbinden met betrekking tot een brand-, storm en W.A.-verzekering, met betrekking tot belastingen en heffingen en met betrekking tot aansprakelijkheid.

6. Huurder is verplicht tot onderhoud en reparatie van de door hem aangebrachte of overgenomen veranderingen en toevoegingen. In het geval huurder van een aan hem voorafgaande huurder zaken, veranderingen of voorzieningen heeft overgenomen, zullen deze nimmer kunnen leiden tot aansprakelijkheid van verhuurder. Huurder vrijwaart verhuurder voor aanspraken van derden voor schade veroorzaakt door huurder aangebrachte veranderingen en voorzieningen.

7. De niet behangen wanden en plafonds in het gehuurde mogen niet door huurder van behang worden voorzien. Het is huurder verboden stickers op verfwerk te plakken. Het is niet toegestaan om op wanden structuur aan te brengen, zoals stucwerk, structuurverf, granol putz en dergelijke, dient bij eindigen van de huurovereenkomst door huurder ongedaan te zijn gemaakt.

8. Een door verhuurder gegeven toestemming is eenmalig en geldt niet voor ander of opvolgende gevallen.

9. Alle veranderingen die in strijd met de voorwaarden van verhuurder door huurder zijn aangebracht, moeten op eerste aanzegging van verhuurder ongedaan worden gemaakt.

10. Indien door huurder aangebrachte zaken in verband met onderhouds- of reparatiewerkzaamheden aan het gehuurde c.q. het gebouw of complex waarvan het gehuurde deel uitmaakt tijdelijk moeten worden verwijderd, zullen de kosten van de verwijdering, eventuele opslag en het opnieuw aanbrengen voor rekening en risico van huurder komen, zulks ongeacht of verhuurder voor het aanbrengen van de betreffende zaken toestemming heeft verleend.

11. Voorafgaand aan de werkzaamheden spreken huurder en verhuurder af of een vergoeding wordt verstrekt en hoe die op grond van een vergoedingsregeling wordt verstrekt.

Artikel 7 In verzuim zijn/boetebeding

Huurder is in verzuim door het enkele verloop van een bepaalde termijn.

Indien een van partijen toerekenbaar tekortschiet in de nakoming van enige verplichting welke ingevolge de wet en/of de huurovereenkomst op haar rust en de andere partij daardoor gerechtelijke en/of buitengerechtelijke maatregelen moet nemen, zijn alle daaruit voortvloeiende kosten voor rekening van de tekortschietende partij.

Ingeval het tekortschieten bestaat uit de niet tijdige betaling van een geldsom en in verband met de incassering daarvan buitengerechtelijke kosten moeten worden gemaakt, worden deze hierbij bepaald op tenminste 15% van het verschuldigde bedrag met een minimum van € 91,- Ingeval de buitengerechtelijke incasso door een gemachtigde c.q. raadsman/raadsvrouw geschiedt, worden deze bedragen vermeerderd met de door verhuurder aan zijn gemachtigde c.q. raadsman/raadsvrouw over de buitengerechtelijke incassokosten verschuldigde omzetbelasting.

De aanspraak op vergoeding van buitengerechtelijke kosten ontstaat pas nadat de partij die tekortschiet schriftelijk door de andere partij is aangemaand, waarbij haar een redelijke termijn tot nakoming is gesteld en de nakoming binnen die termijn uitblijft.

Artikel 8 Wisselen en toewijzen

Het intern wisselen van woonruimten binnen het complex of pand waarvan het gehuurde deel uitmaakt, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van de verhuurder. Komt er in de woning waarin het gehuurde zich bevindt een kamer leeg, dan bepaalt de verhuurder wie de nieuwe huurder wordt.

Artikel 9 Vloerbedekking

Het is huurder verboden harde vloerbedekking te leggen binnen het gedeelte dat voor privé gebruik bestemd is, tenzij er toestemming van verhuurder voor is gegeven. Tevens is huurder verplicht tot het leggen van vloerbedekking binnen het gedeelte, dat voor privé-gebruik bestemd is.

Artikel 10 Verzekering

Roerende zaken, alsmede de inboedel van huurder zijn niet door verhuurder tegen brand/ water/inbraak of andere schade(n) verzekerd. Verhuurder is niet aansprakelijk voor enige schade te lijden door huurder aan diens persoon of bezittingen. Huurder dient zelf voor een inboedel- en W.A. verzekering zorg te dragen.

Artikel 11 Bezichtiging

Bij voorgenomen verkoop of veiling van het gehuurde, en de laatste drie maanden voor het einde van de huurovereenkomst, is huurder verplicht, na voorafgaande mededeling door of vanwege verhuurder, gelegenheid tot bezichtiging van het gehuurde te geven van 10.00 tot 12.00 uur en van 14.00 tot 16.00 uur op werkdagen alsmede op de veilingdagen en zal hij gebruikelijke ‘te huur’ of ‘te koop’ borden of biljetten aan of bij het gehuurde gedogen.

Artikel 12 Beëindiging van de huurovereenkomst

Beëindiging van de huurovereenkomst door opzegging dient te geschieden: -per deurwaardersexploot of aangetekende brief en -met ingang van de dag waarop een nieuwe betaalperiode aanvangt en -met inachtneming van een opzegtermijn.

De opzegtermijn is gelijk aan de duur van een betaalperiode, maar is voor een opzegging door huurder niet korter dan één maand en niet langer dan drie maanden en voor een opzegging door verhuurder niet korter dan drie maanden.

Artikel 13 Oplevering.

Huurder zal bij het einde van de huurovereenkomst het gehuurde in de staat zoals is opgenomen in het opnamerapport en geheel ontruimd van roerende zaken – voor zover die eigendom van huurder zijn – aan verhuurder opleveren. Huurder mag veranderingen en toevoegingen, welke met toestemming van de verhuurder zijn aangebracht, laten zitten. Verhuurder heeft hetrecht alle goederen die niet tot het gehuurde behoren en die zich na beëindiging van de huurovereenkomst nog daarin bevinden, zonder nadere aankondiging op kosten van de huurder te verwijderen tenzij hem bekend is dat de goederen door de opvolgende huurder zijn overgenomen.

Artikel 14 Inspectie

Zo spoedig mogelijk na huuropzegging zal het gehuurde op initiatief van dev erhuurder door huurder en verhuurder samen worden gecontroleerd. De staat waarin de kamer verkeert en de staat van de eventueel daartoe behorende inventaris worden vastgesteld in een schriftelijk rapport. Verhuurder en huurder ontvangen beiden hiervan een van de betreffende datum voorzien en door partijen ondertekend exemplaar. Het rapport omschrijft de voor rekening van huurder komende herstelwerkzaamheden. Geen andere herstelwerkzaamheden dan in het rapport omschreven kunnen door verhuurder in rekening worden gebracht, tenzij de herstelwerkzaamheden pas noodzakelijk zijn geworden nadat het rapport is opgemaakt. Indien huurder geen medewerking verleent aan de inspectie, worden de in het inspectierapport weergegeven bevindingen van verhuurder voor juist gehouden, behoudens tegenbewijs door huurder.

Verhuurder zal huurder in de gelegenheid stellen om binnen een door de verhuurder te bepalen redelijke termijn de in voornoemd inspectierapport genoemde werkzaamheden uit te voeren. In dien huurder het gehuurde niet binnen de gestel de termijn,of in iedergeval uiterlijk op de eindoplevering, in goede staat heeft gebracht, is verhuurder gerechtigd na ingebrekestelling de in het inspectierapport genoemde herstelwerkzaamheden uit te (laten) voeren en de daarmee gemoeide kosten aan huurder in rekening te brengen.

Artikel 15 Woonplaats

1. Vanaf de ingang van de huur worden alle mededelingen in verband met de uitvoering van deze huurovereenkomst die verhuurder aan huurder wil doen, gericht aan het adres van het gehuurde, zijnde huurders feitelijk woonadres.

2. Huurder verplicht zich in geval hij/zij niet meer in het gehuurde woonachtig is, verhuurder daarvan terstond schriftelijk in kennis te stellen onder opgave van zijn/haar nieuwe adres en woonplaats.

3. Voor het geval huurder het gehuurde metterwoon verlaat zonder opgave van zijn/haar nieuwe adres aan verhuurder en geen bekende woon- of verblijfplaats in Nederland mocht hebben, kiest huurder woonplaats in het gehuurde.